De CXT 353 kan een groot aantal soorten monsters verwerken, waaronder weefsel, feces, serum, plasma, bloed, urine en andere biovloeistoffen.
De CXT 353 kan worden gebruikt in verschillende onderzoeksgebieden binnen de biowetenschappelijke industrie. Tot de onderzoeksgebieden behoren: bioanalyse om de biomoleculaire integriteit te bewaren, microbioomonderzoek om de integriteit van fecale monsters te bewaren, moleculaire pathologie om de weefselverwerking te verbeteren, en biobanking om de bruikbaarheid van monsters en de toegang tot zeldzame monsters te vergroten.
De CXT 353 werkt met een groot aantal buizen en sample containers. Adapters kunnen worden aangepast aan individuele buisjes/containers.
De CXT 353 kan tot 5 bevroren aliquots uit een enkele flacon van 2,00 ml halen.
De LN2-tank is een 5-liter tank - er kan maximaal 4 liter LN2 in.
Zodra het instrument op temperatuur is, heeft u een werktijd van 1 uur voor de volgende vulling.
Nee. De gekartelde randen van de sonde verliezen hun scherpte na 1 boring. Dit betekent dat opeenvolgende kernen gekarteld worden en moeilijker uit te werpen zijn.
Het nemen van een monster duurt ongeveer 1 minuut. Dit is inclusief de tijd die nodig is om de bodem te raken en de kern in de doelbuis te deponeren.
Nee, het monster zal niet ontdooien in de steekprobe. Aangezien zowel de probe als het monster bij -80C worden bewaard, is er niet genoeg tijd of temperatuurverschil om het deelmonster tijdens de extractie te ontdooien.
Het lijkt erop dat u uit komt, klopt dat?